Akkoord over vroegpensioen (RVU)
Het kabinet, vakbonden en werkgevers hebben een onderhandelaarsakkoord bereikt over een structurele en gerichte vroegpensioenregeling voor mensen met zwaar werk. De RVU-drempelvrijstelling wordt structureel voor mensen die dat écht nodig hebben en het maximale drempelbedrag wordt hoger.
Bij het pensioenakkoord in 2019 werd benadrukt dat werknemers gezond werkend de pensioenleeftijd moeten kunnen bereiken en dat zij desnoods eerder moeten kunnen stoppen als het werk niet langer is vol te houden. Daarom zijn er soepelere fiscale regels ingevoerd voor een Regeling voor vervroegd uittreden (RVU): de zogenoemde RVU-heffing van 52% is tijdelijk en niet van toepassing voor regelingen waarbij werknemers maximaal drie jaar voor hun AOW-leeftijd stoppen met werken en de werkgever een uitkering geeft van maximaal € 26.184 per jaar (bedrag 2024). De huidige drempelvrijstelling loopt tot en met 31 december 2025 (met een ‘uitloopperiode’). Er is nu afgesproken dat er voor werknemers die dat echt nodig hebben, óók na 2025 een regeling is om met vervroegd pensioen te gaan.
Op dit moment krijgen mensen die met vervroegd pensioen gaan een bedrag dat vergelijkbaar is met een netto AOW-uitkering. In de structurele regeling is er voor mensen in knellende situaties ruimte om bovenop deze uitkering maximaal € 3.600 euro bruto per jaar extra te bieden. Op die manier wordt de RVU-regeling ook voor mensen met een laag inkomen of een laagaanvullend pensioen toegankelijker.
Tevens wordt gekeken of het mogelijk is om via wetgeving beter te waarborgen dat de regeling uitsluitend gericht is op werknemers met zwaar werk en kijkt men naar de mogelijkheden rond verlofsparen en manieren om de overgang van werk naar pensioen soepeler te maken.
Deel dit bericht:
Ontdek meer over AAG
Bekijk onze expertises en klantcases of lees meer over ons!